Een Beier in Afrika
 
Zuid-Afrika en de Duitse auto-industrie – dat was een combinatie die vaak hoopvol van start ging, maar die niet steeds de voor beide zijden verwachte resultaten met zich meebracht. Ervaren importeurs en vindingrijke handelaren probeerden steeds weer opnieuw een zenuw te raken bij de koopkrachtige Afrikaanse bevolking, maar de specifieke behoeften van de markt kwamen niet altijd overeen met de denkbeelden van de buitenlandse zakenpartner.

 

In het midden van de jaren ’60 overwoog de Zuid-Afrikaanse BMW-importeur, Praetor Monteerders, niet alleen de auto’s uit Beieren te importeren, maar ze ook voordelig zelf lokaal te laten assembleren. Die gelegenheid kwam toen het in Dingolfing gevestigde Glas in 1966 door BMW werd overgenomen. De directie van BMW zag mogelijkheden voor de sportief vormgegeven Glas 1700 en zo kwam dat model in gewijzigde vorm als BMW 1800 en BMW 2000 op de Zuid-Afrikaanse markt. Het Beierse stiefkind werd er nog tot 1972 geassembleerd, maar de zeer slechte productkwaliteit leidde tot imago-verlies voor het merk BMW. Om daar wat aan te doen werd besloten de auto in zijn geheel onder handen te nemen en het model een typische BMW-vormgeving mee te geven.

 

In augustus 1973 begon de productie van het nieuwe type, dat vanaf september uiteindelijk als BMW 2004 M resp. BMW 1804 aan de plaatselijke dealers werd aangeboden. De 2004 met zijn 100 pk sterke motor bleek beter te verkopen dan de 1804, maar met een productie van slechts 1.288 stuks lijkt ook deze uitvoering niet aan de verwachting te hebben voldaan.