De onbekende

De Firma Maybach-Motorenbau GmbH werd in 1909 in Friedrichshafen opgericht. De fabriek had zich gespecialiseerd in motoren voor vliegtuigen en voor de in die tijd populaire zeppelins. Na afloop van de Eerste Wereldoorlog waren deze productieactiviteiten in Duitsland op grond van het Verdrag van Versailles uitdrukkelijk verboden en het bedrijf, gevestigd aan de Bodensee, werd geconfronteerd met de nijpende vraag hoe in de toekomst geld te verdienen. Daarom besloot eigenaar Karl Maybach de fabricage van automobielen op te pakken. Dat bleek een goede zet; het bedrijf veroverde een plaats op de markt en stond al snel bekend om zijn nobele, luxueuze en prijzige voertuigen.

Maar aan de andere kant was daar een raceauto die met dit image niets van doen had! In de automobielgeschiedenis zal het altijd wel een mysterie blijven wie er uiteindelijk op het idee kwam onder het logo van Maybach één – of meer – renwagens te construeren. Met de kennis van nu lijkt de inbouw van een reusachtige 6-cilinder motor in een bescheiden chassis een halsbrekende toer. Uit een cilinderinhoud van meer dan 23 liter produceerde de watergekoelde viertaktmotor een en zijn tijd bijna niet te geloven vermogen van 300 pk bij slechts 1.200 t/min. In 1920 werd het idee geboren deze motor in een chassis te monteren om zodoende een raceauto te creëren. Het zou beter zijn het voertuig als een rijdende motor te omschrijven. Meer dan de motor met beplating, vier dunne spaakwielen en twee zitplaatsen werden er niet op het onderstel gemonteerd. Noch de ontwerper, noch de bouwer van deze krachtige renwagen is bekend. Het is in elk geval zeker dat de bolide niet uit de Maybach-fabriek kwam. Als dat wel het geval was geweest zou men zeker interne memo’s, reclame-uitingen of testrapporten hebben gevonden. En zo blijft het geheim van deze raceauto voorlopig onopgelost.